Meer weten?
Voordat het team in het ESF-project de BLITS-aanpak ontwierp, werd een grondige analyse van de bestaande literatuur uitgevoerd. Hierbij enkele thema's die ons verder beïnvloedden bij het ontwikkelen van een scenario voor Begeleid Leren in TeamS.
Waarom leren in teams?
Het uitgangspunt van de BLITS methodiek is dat er geleerd wordt binnen teams. In de context van het hoger onderwijs werd reeds heel wat onderzoek gedaan naar de effecten van coöperatief leren op de prestatie van studenten. Coöperatief leren verwijst naar het samen leren in groep: studenten werken samen in kleine groepen om hun eigen leren en dat van anderen te maximaliseren. Een uitgebreide literatuurstudie en meta-analyse tonen aan dat coöperatief leren positieve effecten heeft op zowel academische prestaties als op het gebied van kennis en vaardigheden. Het onderzoek naar de effecten van teamleren binnen de organisatiecontext, staat nog iets meer in zijn kinderschoenen, maar ook daar weerklinken positieve geluiden. In het algemeen werd aangetoond dat teams die meer leren ook een hogere efficiëntie rapporteren.
Bronnen:
- Kyndt, E., Raes, E., Lismont, B., Timmers, F., Cascallar, E., & Dochy, F. (in press). A meta-analysis of the effects of face-to-face cooperative learning. Do recent studies falsify or verify earlier findings? Educational Research Review. Doi:10.1016/j.edurev.2013.02.002.
- Decuyper, S., Raes, E, & Boon, A., High Impact Teaming, Amsterdam, Business Contact, 2019
Lees ook:
A meta-analysis of the effects of face-to-face cooperative learning. Do recent studies falsify or verify earlier findings? Kyndt, E., , Raes E., Lismont B., Timmers F., Cascallar E., Dochy F.
Wat is teamleren?
Teamleren is het proces waarbij verschillende leden van een team kunnen bijleren, groeien en transformeren als individu en als team. Teamleden leren door met elkaar in gesprek te gaan, feedback te geven, en te discussiëren over verschillen in meningen. Het delen van informatie, voortbouwen op elkaars input en vooral de mogelijkheid om op een constructieve manier om te gaan met de verschillende meningen en inzichten binnen het team spelen hierbij een belangrijke rol. Deze zogenaamde teamleergedragingen zorgen er niet alleen voor dat het team kennis en vaardigheden opdoet, de aard van de samenwerking binnen het team evolueert ook, waardoor de werking van het team verbetert.
Bronnen:
- Decuyper, S., Dochy, F., & Van den Bossche, P. (2010). Team leren: de sleutel voor effectief teamwerk.
- Van den Bossche, P., Gijselaers, W.H., Segers, M., Kirschner, A. (2006). Social and cognitive factors driving teamwork in collaborative learning environments: team learning beliefs and behaviours. Small Group Research, 37(5), 490-521. Doi: 10.1177/1046496406292938
Wanneer, tijdens het bestaan van de groep, faciliteren/interveniëren?
Het is belangrijk dat de facilitator stilstaat bij de timing van zijn interventie. Een mislukte interventie kan namelijk een negatieve invloed hebben op het teamgebeuren en teamleren.
- Het begin van het bestaan van het team is het niet aangewezen om lange termijn strategische interventies te ondernemen. Op dat moment moeten er namelijk nog te veel basisdingen gebeuren. De teamleden moeten elkaar nog leren kennen en hun manier van samenwerken bepalen.
- In het midden van het bestaan van het team zou men kunnen spreken van een soort ‘midlife crisis’. Dit crisismoment creëert mogelijkheden: de facilitator kan groeiende verschillen signaleren tussen veranderende omstandigheden en bestaande strategieën en kennis van het team. Een goed moment om specifieke leerdoelen en strategieën aanwakkeren.
- Naar het einde van het project toe kan de facilitator zich vooral richten op het stimuleren van reflectie. Wanneer de deadline nadert, kan de druk van de deadline deze reflectie namelijk blokkeren, terwijl het team net op dat moment reeds over veel info beschikken waaruit ze kunnen leren.
Ontwikkeling van teams en teamleren
Er bestaan verschillende modellen met betrekking tot de ontwikkeling van groepen of teams (Whealan, 2005; Chimdambaram, Bostrom, 1996). Wel blijkt uit de meeste modellen dat er in de eerste fases van groepsontwikkeling veel belang gehecht wordt aan socio-emotionele aspecten. Er wordt op dat moment natuurlijk ook gewerkt (aangezien de meeste teams opgericht zijn om te werken) maar de manier waarop het werk gebeurt, wordt meestal bepaald door een leider of door reeds bestaande procedures. Pas in een later stadium zullen teamleden de vooropgestelde manier van werken in vraag stellen en veranderen. Uit het onderzoek van WU, Yeh en Huan (2007) blijkt dat vertrouwen een belangrijke voorwaarde is om als team te kunnen leren. Vertrouwen is een aspect dat volgens alle team ontwikkelingsmodellen pas in latere ontwikkelingsstadia aanwezig is. We kunnen er dus vanuit gaan dat een team al in een gevorderd ontwikkelingsstadium moet zitten om aan teamleren te kunnen doen. Dat blijkt ook bevestigd in een studie van Decuyper, Dochy, Van den Bossche en Degraeve (2011). In de eerste fases van ontwikkeling wordt er slechts beperkt geleerd. Pas wanneer er voldoende vertrouwen aanwezig is, is er ruimte om te leren.